Vertelling 8
-
Meneer Villevoye
Hij gaf wiskunde in de lagere klassen, een vak waar ik als uitgesproken alfa
moeite mee had en dat in die dagen, overigens net zo als bijvoorbeeld
gymnastiek, gedoceerd werd vanuit de stelling: er zijn er die het kunnen en er
zijn er die het niet kunnen. Noch de wiskundeleraar, noch de gymleraar kwam op
het idee, dat hij iets moest leren aan die zwakke broeders. Ik was bang voor
meneer Villevoye, hij was streng en ook wel een beetje eigenaardig, zijn manier
van spreken, zijn uiterlijk met die weelderige haardos en kort aangebonden kon
hij ook wel zijn. In de Kleine Figuur hamerde hij er op, dat we op de eerste
plaats in Uden waren om te studeren. Toen hij op een gegeven moment hoorde, dat
ik uit Pannerden kwam, waar de kruisheer Huub Kuipers assistent was, veranderde
zijn houding tegenover mij totaal. Deze meneer Kuipers was ooit leraar Frans
geweest in Uden; hij was daar bijzonder populair, zowel onder de Heren als bij
de studenten. Zijn bijnaam was de
Kuup. Van dit alles was ik toen niet op
de hoogte. Voor mij was pater Kuipers onze kapelaan, die in de wijde
omgeving bekend was als een gevierd (donder)predikant met een zwaar Vlaams
accent, wat niemand deerde. Maar vanaf het moment, dat meneer Villevoye wist van
mijn connectie met de Kuup, kon ik geen kwaad meer doen. Hij gaf mij een uiterst
moderne cursus wiskunde voor zelfstudie, bedoeld om inzicht te geven in
verschijnselen als kwadraat enz. Bij meetkunde liet hij wel eens zien hoe mooi
ik een (door mij overigens niet begrepen opgave) had uitgewerkt, met rode en
blauwe lijnen. Het leverde in ieder geval altijd minstens een zes op. Hij had
ook iets stoers. Ik herinner me dat ik een in de gang een wollen sjaal om mijn
nek sloeg en daarbij uitschoot, midden in het oog van R.D. Villevoye, ik schrok
uiteraard enorm en stotterde excuses, hij zei enkel: ‘t is niks.
Villevoye in het Herenvoetbalelftal eind jaren vijftig. Hij stond daarin rechtshalf. |
Villevoye bij de viering van het gouden jubileum van R.D. School in 1965 |
Villevoye bij het afscheid van Appie Vink als muziekleraar op het Udens College in 1978 |
Villevoye was de hoffotograaf. Klassenfoto’s, heren- en rectordag,
bijzondere gelegenheden, zoals het bezoek van oud-rector Mgr. P. Arnz of de
brand, werden door hem vakkundig op de gevoelige plaat vastgelegd. Het is
merkwaardig, dat er geen foto-archief-Villevoye bestaat. Hij behoorde tot de
sportieve Heren, vooral als voetballer. Hij heeft ook ooit de lijdensmeditatie
gedaan, dat waren interessante, maar niet helemaal duidelijke preken. Bij hem
dienen, was hard werken, want hij hield van opschieten. Achteraf eerst heb ik
begrepen, dat hij veel belangstelling had voor kunst en kunstenaars en daarover
ook publiceerde. Na een door onze klas verzorgde avond, het zal wel een
trimesterdag geweest zijn, waarop ik het gedicht ‘Anna tot Jozef’ van Michel van
de Plas had voorgedragen, voegde hij me in het voorbijgaan toe - in de
veronderstelling dat ik de dichter was -: ‘Je hebt een groot talent!’ Jaren
later heb ik hem nog eens terug gezien in de Aula van de KU Nijmegen, waar hij
aanwezig was bij een promotie en ik om te zien, wanneer en hoe laat ik
kandidaats moest doen. ‘Berns hè?’, is het laatste dat ik me van hem herinner.
December 2008/Jan Berns.