Het hoge woord moest eruit:

 

“Ik heb geen roeping meer”

 

Ik weet het nog goed. Het was het einde van een week paasvakantie thuis in St-Oedenrode bij mijn ouders. Ik stond in de keuken met mijn moeder aan het aanrecht. Het hoge woord kwam er schoorvoetend uit: “Ik heb geen roeping meer, ik wil geen pastoor meer worden”. Mijn moeder reageerde vrij rustig met de woorden: “Jawel Pieter, straks brengen we je weer naar Uden en dan komt alles weer goed”. Maar ik merkte aan haar toon dat  mijn boodschap toch was overgekomen. Daar bleef het toen bij en dezelfde avond arriveerde ik weer in Uden en hervatte mijn studie.

Ik was 17 jaar en zat in de vijfde klas van het gymnasium. Mijn paasrapport zag er niet zo florissant uit. Misschien droeg dat ook bij aan de geuite twijfels over mijn toekomst als pastoor.

Elke morgen gingen we als eerste stap naar de kapel voor de mis. Ik had last van een knieblessure en kon moeilijk op de gebruikelijke manier knielend de mis volgen. Als je ging zitten was dat erg hinderlijk voor de mensen achter je, ze zaten dan in je nek te kijken en te hijgen. Voor beide partijen niet handig, dus ging ik met enkele andere “patiënten”achter in de kapel zitten. Daar zaten ook “gewone”mensen uit het dorp en ook meisjes van mijn leeftijd, ik geloof dat ze De Wilt heten , dochters van de nabij wonende fietsenmaker. Ik vond het knappe meiden met kort pikzwart haar. Vooral als ze ter communie gingen kon ik ze de hele route vanachter of van voren volgen. Ik denk dat  de hormonen al aardig aan het werk waren wat de genoemde twijfels over de roeping aanwakkerde.

Van tijd tot tijd hadden alle studenten een gesprek met een soort mentor , de magister. Zo werd ik ook geroepen voor een gesprek. Waarover? wist ik veel! Maar tot mijn verrassing begon hij wat te vertellen over seksualiteit, zonder dat woord overigens te gebruiken. Hij vroeg of we thuis een boerderij hadden en gaf aan dat het gedrag van mensen en dieren toch wel veel op elkaar leek. Het gesprek bleef wat ontwijkend, maar ik begreep toch wel een beetje wat hij me wilde duidelijk maken. De voortschrijdende belangstelling voor meisjes, de ontdekking van eigen gevoelens en masturbatie maakte het plaatje wel een beetje completer.

Ook tijdens de loop naar de sportvelden en tijdens de gezamenlijke wandelingen zag  ik meer “schone bloemen” op straat en dat vergrootte mijn belangstelling voor die vorm van natuur. Ook zag ik in vakantieweken je oude vrienden thuis uitgaan en  ik hoorde hun verhalen.

Van de andere kant waren er de verwachtingen van je ouders en de omgeving. Met name Heeroom, de broer van mijn vader die priester/pastoor was in Aarle-Rixtel stimuleerde mijn ontwikkeling in de richting van pastoor. Hij stopte me wat geld toe, ik mocht zijn brommer eens een tijd lenen. Stilaan schept dat  voor je gevoel enige verplichting.

Het was bijna grote vakantie, zomervakantie, de verwachtingen over een bevordering naar klas 6 waren zeer twijfelachtig. Nee, zo zou ik niet overgaan. Zittenblijven betekende nog twee jaar intern op school, nog twee jaar  met mijn pastoorstoekomst huichelen. Dit was het moment om een echte keuze te maken. Ik begon erover tegen mijn moeder, zij herinnerde zich meteen het eerste gesprek na de paasvakantie aan het aanrecht en besefte duidelijk : “Nu is er geen houden meer aan.”  Wat kon ik doen? Stoppen met de hele studie, maar dat was zonde, ik had dan immers niet het gymnasiumdiploma.

 

Ook zo’n ervaring? Reacties

Pieter van den Berk

berkpie@wxs.nl

 

Juist in die tijd werd de beslissing genomen dat ook externen,niet priesterstudenten het gymnasium bij de kruisheren konden volgen. Dat kwam mooi, de oplossing lag voor het grijpen. Ik zou de vijfde klas overdoen, het gymnasium afmaken en tegelijk extern gaan.

Ik was bij mijn weten de eerste interne priesterstudent, die extern verder studeerde. De kogel was door de kerk. Mijn ouders waren het er snel over eens.

In de zomervakantie werden voorbereidingen getroffen m.b.t. de dagelijkse reis naar school in Uden. In een nieuwe bromfiets, een DKW, zwart met een witte tank, ik weet het nog precies. Tjonge wat was dat stoer, daar kon je ook bij meiden meer voor de dag komen.

Eind augustus op een maandagmorgen tufte ik van St-Oedenrode naar Uden, ruim 20 km en stalde trots mijn brommer in gang tussen het klooster en het internaat. De eerste dag verliep zoals alle schooldagen, maar voor mij toch wel met een ander gevoel. Om vier uur waren de lessen teneinde, omstuwd door nieuwsgierige interne klasgenoten startte ik mijn gloednieuwe, glimmende DKW. Helaas iets teveel gechoked, vette bougie en een in aanzien gedaalde Pieter.

 Uiteraard kwamen er ook andere externe studenten bij. Binnen enkele weken was het extern lessen volgen een geaccepteerd verschijnsel. En……steeds minder mensen voelden zich geroepen. We weten allemaal hoe het verder gelopen is...


 

Pieter van den Berk   berkpie@wxs.nlterug naar diverse publicaties