Wordt vervolgd ...

  terug naar publicaties werkgroep     


“Als de leraar binnenkomt, staat men op” (15)        

Verslag van de zoektocht van Kees Mettes, Nic van Nuland en janvdbosch@casema.nl (de werkgroep-Mettes) naar het leven van toen op het college in Uden (aflevering 15, april 2006) 

Geloven is een kwestie van taal geworden. “Lieve vrouwenplein” staat er op het straatnaambordje voor het klooster en de kapel in Uden. In plaats van dat ik aan O.L.Vrouw ter Linde denk en even tot haar bid (“Goede Moeder, behoudenis der kranken, wij bidden dat Jezus de zieken nabij zal zijn en zegenen, opdat zij sterk zijn en genezing vinden naar ziel en lichaam”), vraag ik me af naar welke lieve vrouwen het plein is genoemd. Even later in de auto met Kees (we reizen samen verder naar Bemmel voor ons interviewgesprek met Ben Stukart) lees ik hem de litanie ter ere van de H. Odilia voor. De H. Odilia is een bijzondere hulp bij oogziekten. Ik vond de litanie in de kapel waar ik traditiegetrouw even was binnengelopen, omdat ik eerder in Uden was dan Kees. In die litanie wordt de H. Odilia onder meer ook “schutse tegen de begeerlijkheid der ogen” genoemd. Ondanks dat hij achter het stuur zit legt Kees mij met brede armgebaren uit dat er niet staat wat er staat. Je zegt niet tegen de H. Odilia dat zij mooie ogen heeft, maar dat zij je er voor moet behoeden dat er iets begeerlijks in je blikveld komt. Vijftig jaar geleden zouden wij de litanie klakkeloos hebben gereciteerd. Nu valt ons vooral kromme en hopeloos verouderde taal op: “H. Odilia, krachtige steun tegen de hovaardij van het leven”. “Leg je vingers hier en kijk naar mijn handen en leg je hand in mijn zij” (tekstboekje van de tweede zondag van Pasen). Ik beken Kees met schaamte dat deze tekst mij onweerstaanbaar aan een liedje van K3 doet denken. Hoeveel dieper kan ik nog zinken? Gelukkig is daar Bemmel al. 

Ben Stukart is met emeritaat, bijna 80 jaar. Hij heeft zijn leven uitstekend gedocumenteerd in een driedelige autobiografie. Van het hoofdstuk over Uden heeft hij voor Kees en mij een kopie klaarliggen. Op een namiddag in september 1939 stapte Ben, afkomstig uit de kruisherenparochie van Rotterdam, met zijn biezen mand in Uden uit de trein. Hij zou er tot 1946 blijven. Hij herinnert zich de ijzeren discipline op het college. Bij het uitbreken van de oorlog haastten de studenten zich naar huis door het oorlogsgewoel heen. Pas in september 1940 kwam het leven op het college in Uden weer op gang. Tweemaal werd het college in de oorlog door de Duitsers gevorderd. De studenten werden bij de Udense bevolking ondergebracht, waar ze alles deden behalve studeren. Met een jaar uitstel behaalde Ben in 1946 zijn eindexamen. Hij had altijd al missionaris willen worden en koos daarom voor Mill-Hill. Na zijn  priesterwijding in 1953 werd hij naar Kameroen uitgezonden. “De vrouwen van Kameroen zijn de mooiste van de hele wereld”, zo hield de (Ierse) bisschop hem daar voor, “dat kun je ook zien want ze lopen gewoon naakt. Hou dus je handen in je zakken”. Later was Ben procurator en perschef van de congregatie van Mill-Hill. Omdat het pastorale werk bleef trekken werd hij pastoor in Den Haag en toen hij wat ouder werd in het rustige Bemmel.  

Kees en ik krijgen ook twee fotoboeken mee uit Bens Udense tijd. Het is werkelijk niet te geloven: elke foto is voorzien van informatie over het wie wat waar hoe en wanneer. We zijn er stil van. We gaan dat op de website zetten. Hier een voorproefje. De ene foto is uit 1943. De Duitsers hebben het college bezet. De studenten houden recreatie bij de boerderij van Hannes Haskes in Uden. Op de foto ook de kruisheren W. van Hees, G. Scheerder, A. Lamot en H. Brouwers. Op de andere foto kruisheer Cees van der Lans, omringd door de Grote Figuur 1940-1941. In die klas zaten toen: Fons Bardoel, Sjef van den Bosch, Frans van Erp, Henny van Eyk, Victor Everts, Piet Herterscheid, Jan Hilgers, Jan van Kalke, Jan van Kesteren, Piet Kuilboer, J. Leijten, Johan van de Linde, Jan Nijman, Alwies van Raay, Frans Roolaart, Cees van Rooy, Louis Sips, Piet Snijers, Frans Speet, Ben Stukart, Piet Tettero, Toine Vischer, Ad van Zon en Cees Zuiderwijk. Zeven van de genoemde studenten werden doubleur, zes vertrokken. Dit is, vinden Kees en ik als we weer westwaarts gaan, allemaal zeker zo kostbaar als de Betuwelijn naast ons.   

Oosterhout, 27 april 2006/janvdbosch@casema.nl.


Laatst gewijzigd: zaterdag 18 april 2009

Reacties: Jan van den Bosch